Leergemeenschap
Omgaan met verschillen: kinderen zijn welkom en krijgen binnen onze mogelijkheden passend onderwijs.
Samenwerken in het onderwijs met externe betrokkenen (gastlessen, excursies, ouders die kennis kunnen overbrengen, opleidingsschool etc).
Ouderbetrokkenheid, ouderhulp.
Door middel van het werken met portfolio's meer betrokkenheid, ook van ouders.
Veel coöperatieve werkvormen inzetten om het samenwerken te bevorderen.
Plezier maken en houden in het leren.
Niveaugroepen, onderwijs laten aansluiten bij de behoefte van het kind.
Mogelijkheid voor extra begeleiding.
Gebruik maken van verschillende leerplekken.
Eigenaarschap
Verdere verdieping in IPC.
Keuzewerk: kinderen een keuze geven (mogelijk met begeleiding) voor een onderwerp/onderdeel.
Leerkrachtgedrag: meer coachend dan sturend.
Van methode als leidraad naar methode als bron.
Kritische houding bij kinderen t.o.v. het controleren van hun werk. Gesprekken met kinderen over de eigen leerontwikkeling.
Kritisch leren denken vanuit kindgesprekken.
Differentiatie bij verschillende vakken.
Aandacht voor resultaten: middels evaluatie en (zelf)reflectie:
wat heeft dit kind/deze groep nodig.
Portfolio.
Aandacht voor de leerkuil. Fouten maken. Daar leer je van. Gebruik "NOG".
Meer aandacht voor proces.
Werken met een leerlingenraad.
Basisvaardigheden
Mondeling.
Spel als basis in de groepen 1,2 en 3.
Uitgaan van de ontwikkelingsfasen van een kind.
Onderbouw: opbouw van lessen vanuit de leerlijnen.
Iedere dag 2x een kwartier lezen.
Ontwikkelen van leesbeleving en leesplezier.
Kinderen krijgen ICT-vaardigheden mee.
Spelling en taal: hanteren van de methode Staal.
Cito's afnemen en onderwijs daarop aanpassen.
Noodzakelijk basiskennis en nadruk op vaardigheden.
Thematisch werken en werken via onderzoeksvragen.
Kinderen volgen in een leerling volgsysteem.
Aandacht vergroten voor muziek/creatief en drama.
Identiteit
Respect voor elkaar.
Team OR en MR samen op weg.
Gebruik maken van Trefwoord: mogelijkheden om over normen en waarden te praten.
Ook aandacht voor ander geloven.
Ontwikkelen van een eigen mening.
Twee keer per jaar samen vieringen in de kerk.
Werken voor goede doelen.
Relatie
Elke leerkracht maakt contact bij de start van de dag. We willen dat de kinderen zich gezien voelen.
Tijd nemen om te praten met kinderen d.m.v. kindgesprekken om verbinding te krijgen en te weten wat er speelt.
Wederzijds respect. Samen op zoek te gaan naar oplossingen. Verwachtingen uitspreken naar elkaar.
Kanjertraining: positieve omgang. Je houden aan afspraken en deze benoemen.
Groepsafspraken, posters, petjes.
Laagdrempelig; ouders kunnen met hun vragen bij de leerkrachten terecht.
De driehoek, kind, ouders, school. Open communicatie met kind, ouders en school.
Samen met ouders en kinderen naar oplossingen zoeken.
Zorgdragen voor een veilige leeromgeving. (bij kanjertraining).
Inloopmomenten voor ouders; afsluiting thema, kanjertraining etc.
Team: goed en veilig werkklimaat.